Ouderenmishandeling
Artikel,
december 2013
Ouderenmishandeling komt vaker voor dan we
denken. Maar liefst een op de twintig ouderen krijgt te maken met een vorm van
mishandeling (Movisie 2013). Er wordt door overheid en instellingen steeds meer
aandacht geschonken aan dit maatschappelijk probleem. Daarmee is ook het aantal
meldingen van ouderenmishandeling gestegen. Welke gevolgen heeft dit voor de
maatschappelijke opvang in Nederland?
Op dit
moment is er sprake van vergrijzing. Het aantal 65-plussers in Nederland zal
toenemen van 2,7 miljoen in 2013 tot 4,7 miljoen in 2041 (CBS, 2007). Dit is
bijna een verdubbeling. Oorzaken van deze grote stijging zijn de
babyboomgeneratie en een stijgende levensverwachting. Een gevolg van deze
vergrijzing is dat steeds meer ouderen afhankelijk zullen worden van de zorg
van anderen (Nationaal Kompas 2013). De verwachting is dan ook dat het aantal
ouderen dat met mishandeling te maken krijgt, de komende jaren alleen maar zal
toenemen (Movisie 2013).
Dit
informerend artikel zal aandacht besteden aan lichamelijke mishandeling bij
65-plussers door een familielid. Welke gevolgen heeft een stijgend aantal
meldingen ouderenmishandeling voor de maatschappelijke opvang in Nederland?
Meldingen
In 2011
registreerden de steunpunten huiselijk geweld in totaal 994 meldingen van
ouderenmishandeling (Movisie 2012).
Als je
bekijkt dat er, naar schatting, jaarlijks 160.000 ouderen slachtoffer worden
van mishandeling, zijn 994 meldingen maar een fractie van de werkelijkheid. Uit
cijfers van Movisie (2007, 2012) blijkt echter wel dat het aantal meldingen van
ouderenmishandeling de afgelopen jaren flink is toegenomen; van 336 in 2007
naar 994 in 2011.
Figuur 1: overzicht cijfers m.b.t. ouderenmishandeling (Movisie 2011).
Uit cijfers
van Federatie Opvang (2012) blijkt dat er in 2011 3000 ouderen gebruik hebben
gemaakt van de hulpverlening in een maatschappelijke opvang. Dit is opvallend
als je bekijkt dat er dat jaar slechts 994 meldingen van ouderenmishandeling
zijn gedaan. Blijkbaar hebben veel hulpverleners geen melding gedaan, terwijl
ze wel hulp hebben verleend aan ouderen die te maken hebben gehad met geweld.
Irene Roest
(persoonlijke communicatie, 30 november 2013) werkzaam bij CMO de Lage Flancken
in Sas van Gent, kan dit beamen. ‘Afgelopen jaar hebben wij in onze opvang drie
ouderen opgevangen die met mishandeling te maken hebben gehad. Geen enkele keer
heb ik hiervan een melding gemaakt’. Zij geeft aan dat ze nog met weinig
ouderen te maken krijgen, waardoor het niet in hun systeem van werken zit om
een melding te maken. ‘Ik weet echter wel dat we meer en meer te maken zullen
krijgen met ouderen en dat het belangrijk is om een melding te maken. Ik zal er
ook zeker op letten dat dit gaat gebeuren in de toekomst’.
Veranderingen
Volgens
Federatie Opvang (2012) neemt het percentage ouderen in de maatschappelijke opvang
sinds een aantal jaar toe. Bij mannen gaat het van 22,6 procent in 2009 naar 25
procent in 2011. Bij vrouwen gaat om 15,7 procent in 2009 naar 20,9 procent in
2011. Dit is in beide groepen een flinke stijging in drie jaar. Deze stijging
zal ook om een andere manier van werken vragen van de hulpverleners in de
maatschappelijke opvang. Hiervoor is het van belang dat hulpverleners van de
maatschappelijke opvang op de hoogte zijn van de problematiek rondom
ouderenmishandeling.
Lichamelijke mishandeling
Steunpunt
huiselijk geweld [SHG] heeft een definitie opgesteld van ouderenmishandeling.
De definitie van mishandeling bij senioren is anders dan die van mishandeling
bij volwassenen. Dit is iets wat hulpverleners goed in het oog moeten houden.
Definitie van ouderenmishandeling volgens SHG (2009): “Onder ouderenmishandeling van een oudere
persoon (iemand vanaf 65 jaar) verstaan wij al het handelen of het nalaten van
handelen van al degenen die in een persoonlijke en/of professionele relatie met
de oudere staan, waardoor de oudere persoon (herhaaldelijk) lichamelijk en/of
psychische en/of materiële schade lijdt, dan wel vermoedelijk lijden zal en
waarbij van de kant van de oudere sprake is van een vorm van gedeeltelijke of
volledige afhankelijkheid”. Het grootste verschil met geweld bij volwassenen is
dat het daar niet gaat om een 65+ en om een vorm van gedeeltelijke of volledige
afhankelijkheid.
Bij een
kwart van de meldingen van ouderenmishandeling gaat het om lichamelijke mishandeling
(Movisie 2013). Hiermee wordt bedoeld dat de pleger bewust bepaalde handelingen
of gedragingen onderneemt die pijn of verwonding aan het lichaam als gevolg
hebben (SHG, 2009).
Er zijn
zichtbare en onzichtbare vormen van lichamelijke mishandeling bij ouderen. Zichtbare
vormen van lichamelijke mishandeling zijn onder andere schrammen, zwellingen,
blauwe plekken of brandplekken. Ook het vastbinden van personen kan worden
opgemerkt door striemen aan enkels en polsen. Een onzichtbare vorm van lichamelijke
mishandeling is bijvoorbeeld het geven van te veel of te weinig medicijnen (Movisie
2009). Er zijn dus verschillende vormen van lichamelijke mishandeling te
benoemen, maar wat zijn nu de oorzaken waardoor deze mishandeling tot stand kan
komen?
Oorzaken
Movisie
(2009) noemt een aantal verklaringen of risicofactoren waarom ouderen worden
mishandeld. Geweld komt met name voor als de pleger geen andere manier kan
vinden om problemen of conflicten op te lossen met de oudere. Deze mishandeling
is vaak moedwillig: de mishandeling vindt opzettelijk plaats.
Ouderenmishandeling kan ook voortkomen uit wraak, desinteresse of een traditie
van familiegeweld.
Er zijn een
viertal risicofactoren bij ouderen waardoor lichamelijke mishandeling plaats
kan vinden.
Als eerste
krijgt de oudere te maken met lichamelijk en/of geestelijke achteruitgang. Dit
maakt hen meer afhankelijk van zorg van anderen.
Het tweede
punt is dat ouderen in een sociaal isolement terecht kunnen komen. Zij hebben
dan weinig contact met de buitenwereld.
Ook
familiegeschiedenis kan een rol spelen. Generatie op generatie kan men
gewelddadig met elkaar omgaan.
Als laatste
kunnen er ingrijpende voorvallen hebben plaatsgevonden zoals de dood van een
naaste of stress door een verhuizing.
Ook bij de
pleger zijn risicofactoren te benoemen. De pleger kan bijvoorbeeld afhankelijk
zijn van het slachtoffer wat betreft huisvesting of inkomen.
Ook is het mogelijk dat de pleger kampt met psychiatrische problemen of een ontwikkelingsstoornis. Deze vergroten het risico van mishandeling.
Ook is het mogelijk dat de pleger kampt met psychiatrische problemen of een ontwikkelingsstoornis. Deze vergroten het risico van mishandeling.
Daarnaast
kan de pleger ook overbelast raken met de zorg voor de oudere. In dit geval
wordt echter vaak gesproken over ontspoorde mantelzorg.
Ontspoorde mantelzorg
Mantelzorg
is het geven van zorg aan iemand die vanwege een ziekte of beperking
ondersteuning nodig heeft. Deze zorg wordt, vaak met veel liefde, gegeven aan
iemand uit de persoonlijke kring, bijvoorbeeld een familielid of vriend
(Mezzo).
Dr. Truus de
Witte (2012) constateerde dat 1.100.000 van de Nederlanders langer dan drie
maanden, acht uur per week mantelzorg verleent. 450.000 van deze mantelzorgers
voelt zich echter zwaar belast of zelfs overbelast. Een deel van deze belaste
mantelzorgers meldt ook achteruitgang in de eigen gezondheid. Mantelzorg eist
dan ook een groot deel van de vrije tijd op en vraagt soms om een grote
emotionele investering (SHG, 2009). Deze signalen zijn erg belangrijk en kunnen
de aanleiding zijn tot het ontsporen van de mantelzorg.
Het
ontsporen van de mantelzorg wil zeggen dat eigen grenzen en de grenzen van de
ander overschreden kunnen worden. De zorg kan langzaam ombuigen in
verwaarlozing of een verkeerde behandeling. Een voorbeeld van een lichamelijke
vorm van ontspoorde mantelzorg is: uit onwetendheid verkeerde medicijnen
toedienen (SHG, 2009). Duidelijk moet zijn dat het hier gaat om
niet-opzettelijke mishandeling van ouderen. Er wordt uit liefde gehandeld, maar
uit onmacht gaat het fout.
Gevolgen
Het stijgend
aantal meldingen ouderenmishandeling zal een aantal gevolgen hebben voor de
maatschappelijke opvang in Nederland.
Uit de
cijfers van Federatie Opvang is al gebleken dat het aantal ouderen dat om hulp
vraagt bij de MO stijgend is. Ook de komende jaren zal dit aantal toe blijven
nemen.
Om te
verwezenlijken dat hulpverleners deze ouderen op een goede, professionele
manier hulp kunnen verlenen, zullen er een aantal maatregelen genomen moeten
worden.
Het helpen
van ouderen vergt namelijk een andere vorm van hulpverlening. Jongeren hebben
een andere hulpvraag en een andere manier van hulpverlening nodig dan ouderen. Het
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (2011) heeft al een actieplan
opgezet: ‘Actieplan Ouderen in veilige handen’. Dit actieplan bevat
voorlichtingsprogramma’s en maatwerktraining. Professionals in de
maatschappelijke opvang kunnen hiervan gebruik maken.
Daarnaast
moet ook worden gedacht aan het aanpassen van de accommodatie. Dit omdat veel
ouderen beperkingen ervaren in de domeinen mobiliteit en het uitvoeren van
activiteiten van het dagelijks leven.
Het
medicijnprotocol dat wordt gehandhaafd in de maatschappelijke opvang kan worden
behouden. Medicijnen moeten door iedere cliënt worden ingeleverd. Hulpverleners
moeten bijhouden wat zij wanneer toedienen.
Er zal wel
een ander netwerk opgezet moeten worden. Er zullen meer links met de
gezondheidszorg ten behoeve van ouderen moeten worden gelegd.
Dit zijn een
aantal veranderingen waaraan kan worden gedacht binnen de hulpverlening aan
mishandelde ouderen.
Conclusie
Uit de
bovenstaande tekst blijkt wel dat ouderenmishandeling anders is dan andere
vormen van mishandeling. Er zijn, bij ouderen die met mishandeling te maken
hebben gehad, meerdere factoren waar de hulpverlening van op de hoogte moet
zijn. Om ervoor te zorgen dat hulpverleners deze ouderen op een goede manier
hulpverlening kunnen bieden, zullen er een aantal maatregelen moeten worden
genomen zoals hierboven genoemd.
Ouderen,
met hun levenservaring, hebben immers ook recht op een gepast hulpverleningsaanbod.
Samenvatting
Een gevolg
van de vergrijzing is dat steeds meer ouderen afhankelijk zullen worden van de
zorg van anderen. De verwachting is dan ook dat het aantal ouderen dat met
mishandeling te maken krijgt, de komende jaren alleen maar zal toenemen.
Daarmee neemt tegelijkertijd het aantal aanmeldingen van ouderen in de
maatschappelijke opvang toe. Hiervoor is het van belang dat hulpverleners op de
hoogte zijn van de problematiek rondom ouderen. Zo is er bij
ouderenmishandeling sprake van gedeelde of volledige afhankelijkheid waarbij
verschillende risicofactoren bij de ouderen en bij de plegers van toepassing
zijn.
Er is echter
wel een verschil met ontspoorde mantelzorg. Hierbij is namelijk sprake van
goedbedoelde zorg die ombuigt in verwaarlozing of verkeerde behandeling.
Voor de
hulpverlening aan ouderen zullen door de maatschappelijke opvang in Nederland
verschillende maatregelen moeten worden genomen. Hierbij moet worden gedacht
aan de manier van hulpverlenen, netwerk en de accommodatie.
Literatuur
Centaal Bureau voor
de Statistiek. (2007). Prognose
bevolking; kerncijfers, 2006 – 2050. Via:
The Federal
Ministry of Labour, Social Affairs and Consumer Protection . (2009). Identifying Violence. Via:
Federatie
opvang. (2013). Beeld van de opvang,
feiten en cijfers 2011. Amersfoort.
Landelijk Platform
Bestrijding Ouderenmishandeling. (2009). Factsheet
1: Algemene Informatie. Movisie.
Via:
Mezzo. Mantelzorg. Via: http://www.mezzo.nl/mantelzorg
Het
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (2011) Factsheet actieplan Ouderen in veilige handen. Via: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/brochures/2012/04/02/factsheet-actieplan-ouderen-in-veilige-handen.html
Movisie. (2007). Registratie ouderenmishandeling 2007. Via:
Movisie. (2008). Registratie ouderenmishandeling 2008. Via:
Movisie. (2009). Registratie ouderenmishandeling 2009. Via:
Movisie. (2010). Registratie ouderenmishandeling 2010. Via:
Movisie. (2011). Registratie ouderenmishandeling 2011. Via:
Movisie. (2012). Registratie ouderenmishandeling 2012. Via:
Nationaal
Kompas. (2013). Vergrijzing: wat zijn de
belangrijkste verwachtingen voor de toekomst? Via:
Roest, I. (2013,
November 23). Persoonlijke communicatie.
Steunpunt huiselijk
geweld. (2009). Ouderenmishandeling. Via:
Witte de, T. (2012,
juni). Rapportage onderzoek
mantelzorgondersteuning. Via: http://www.partoer.nl/sites/default/files/publication_files/de_24_uurs_mantel_compleet.pdf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten